English Nederlands

Veterinaire Verhalen over Paarden


verteld door Leo Rogier Verberne
met tekeningen van Marisca Bruinooge-Verberne



Paarden

  • Cover
  • Opdracht
  • Colofon
  • Inleiding
  • Hoefbevangen
  • Kreupelheidsonderzoek
  • Plattelandspraktijk
  • Castreren
  • Klophengst
  • Dampig
  • Darminfarct
  • Droes
  • Aankoopkeuring
  • Hoefkatrol
  • Natuurlijk dekken
  • Paardenverlossing
  • Veulenziekte
  • Draadwond
  • Rugpijn
  • Hormoonspuit
  • Baarmoederontsteking
  • Bolspat
  • Verkeersongeluk
  • Dichtzetten
  • Tweelingdracht
  • Hoofdwond
  • Zadelmak maken
  • Auteur
  • 7. Darminfarct (koliek)

    002

    paard in doodsstrijd (kunstwerk aan de gevel van een huis)

    Een infarct is de verstopping van een kleine slagader. Het weefsel dat dan van bloedtoevoer wordt afgesloten, sterft af. Voorbeelden bij de mens zijn het hartinfarct en het herseninfarct; maar die komen bij dieren niet voor. Bij paarden kan wel een slagader naar de darm verstopt raken. Dat darminfarct veroorzaakt hevige buikpijn die koliek wordt genoemd. Bij zo’n infarctkoliek gaan paarden rollen van de pijn.

    Wormlarven
    Darminfarcten bij paarden worden veroorzaakt door de larven van een bepaalde worm (Strongylus vulgaris). De volwassen wormen bevinden zich in de darmen van het paard, maar de larven doorboren de darmwand en kruipen in de bloedvaten omhoog tot ze in de grote darmslagader terechtkomen. Dat is tegen de rug van het paard tussen de twee nieren. Daar verblijven ze een aantal maanden. Er ontstaat een knobbel in de wand van de slagader, die wormaneurysma wordt genoemd. Zo’n aneurysma wordt vaak groter dan een mannenvuist en kan soms uitgroeien tot het formaat van een kinderhoofd. De larven laten na enkele maanden los uit de slagaderwand en drijven met de bloedstroom mee terug naar de darm. Ze dringen daar weer door de darmwand heen; maar deze keer de andere kant op, de darm in. Daar ontwikkelen ze zich tot volwassen wormen. Ze paren en produceren dan eieren die met de mest op het gras komen. En zo begint een nieuwe besmettingsgolf voor de grazende paarden.

    Darminfarct
    Meestal verloopt deze narigheid ongemerkt voor de eigenaar. Maar soms laat uit het wormaneurysma een klont larven tegelijk los. Die loopt vast op een plek waar de vertakkingen van de darmslagaders kleiner worden; de bloedstroom stremt daar. Dat infarct blijft niet onopgemerkt want het paard krijgt koliek. Het stort zich op de grond, rolt over zijn rug, slaat wild met benen en hoofd en is drijfnat bezweet; het ramt tegen muren en schotten, steunt en kreunt. Het is vreselijk om aan te zien. Het dier beschadigt daarbij zichzelf. Die koliekaanvallen kunnen zo plotseling opkomen dat je in de nabijheid van zo’n dier ook zelf niet veilig bent. Kleine darminfarcten kan een paard overleven; als een groter deel van de darm afsterft, volgt de dood. Die doodsstrijd duurt urenlang, soms wel een dag. Geen pijnstiller helpt; zelfs niet in de hoogste dosering. Je staat machteloos.

    Preventie
    De grote doorbraak in het voorkómen van infarctkolieken bij paarden was de ontdekking dat het medicijn avermectine niet alleen volwassen wormen in de darm doodt maar ook larven elders in het lichaam; bijvoorbeeld in een wormaneurysma. Die vinding is voor paarden nog belangrijker geweest dan de ontdekking dat penicilline overal in het lichaam bacteriën kan doden. In de jaren negentig werden pasta’s met een wormmiddel dat van avermectine was afgeleid, de nieuwe wormmiddelen voor paarden. Sindsdien is een infarctkoliek een zeldzaamheid geworden.

    Onderzoek
    In 1984 zijn die nieuwe wormmiddelen er nog niet. In de avonddienst krijg ik een oproep voor een paard met koliek. De merrie Olivia gaat als een dolle tekeer en druipt van het zweet. Het hart bonkt tegen m’n stethoscoop maar de buik is stil: geen darmgeruis te horen. Met mijn arm in haar achterste tast ik de ingewanden af terwijl ik achter het paard loop. Dat lopen is als afleiding en om de koliekaanvallen te zien aankomen zodat ik m’n arm nog kan terugtrekken voordat het paard zich ter aarde stort.

    002

    inwendig onderzoek

    Wormaneurysma
    Alle ingewanden bevinden zich op hun normale plaats: van een liggingsverandering, een slag in de darm, is geen sprake. Maar ver naar voren, met mijn arm tot de oksel in de endeldarm van de merrie, kom ik met m’n vingertoppen tegen een verdikking in de darmslagader. In die tijd hadden de meeste paarden zo’n wormaneurysma, ook als ze regelmatig met een wormmiddel werden behandeld. Dan moet ik als de bliksem met m’n arm uit de darm vanwege een volgende koliekaanval. Ik spuit een pijnstiller in. Daarna moet er met de merrie worden gestapt: dat bevordert de darmwerking en de bloedstroom. Intussen gaat de pieper: ik moet naar een tweede paard met koliek.

    Euthanasie
    Na ongeveer een uur ben ik terug. De toestand van de merrie is ronduit beroerd: ze is suf en uitgedroogd door de inspanning en het zweten. Het oogslijmvlies is donkerpaars; de buik is dik maar doodstil: de darm werkt niet meer. Inwendig ligt alles nog op z’n normale plek. Het hart slaat snel en onregelmatig. “Dit houdt ze niet lang meer vol. Het hart kan dit niet meer aan”. Er volgt weer een koliekaanval. Als uiterste pijnstiller heb ik nog morfinederivaten, maar ik betwijfel of ze zo’n injectie in deze conditie zal overleven. Wat vindt de eigenaar? “Gij moet doen wat het beste is.” De toon is vlak maar de emotie is voelbaar. De merrie ligt vastgerold tegen de stalwand en kreunt. Ik vul de spuit. Haar bloed is dik en donker. Langzaam druk ik de spuit leeg in de ader. De adem stokt; het hart sputtert na; de oogreflex verdwijnt. De merrie is dood.

    Dank
    Een paar dagen later wordt thuis een prachtige vaas met bloemen bezorgd: ‘Hartelijk bedankt voor de begeleiding van Olivia’. Dat is niet alleen aardig, het is groots: zo’n afloop en toch dank. Later hoor ik dat de eigenaar aan z’n vrouw en kinderen heeft gevraagd om ook voor hemzelf de hulp van de veearts in te roepen als het op een dag zover met hem is. Dat is het dierbaarste compliment dat ik voor m’n werk ooit heb gekregen.

    002


    lees verder

    © Leo Rogier Verberne
    ISBN/EAN: 978-90-818362-5-8
    www.verberneboek.nl